In de aanloop naar 4 mei raak ik elk jaar als vanzelf geboeid door gebeurtenissen uit de Tweede Wereldoorlog. Eigenlijk niet eens met de gebeurtenissen zelf, maar meer met de plekken waar angstige en gruwelijke zaken zich hebben afgespeeld. In mijn woonplaats Utrecht kijk ik deze dagen met andere ogen naar het normaal zo vrolijke Spoorwegmuseum, tussen 1942 en 1944 het station waar honderden Joden op transport zijn gezet. Fietsend over de Maliebaan denk ik onherroepelijk aan wat achter die monumentale gevels heeft plaatsgevonden. Zoals nummer 74, waar in de kelders de Sicherheitsdienst hun gevangenen aan martelingen onderwierpen.
Kunstenaar Armando had een term voor dit soort plekken: schuldige landschappen. Lieflijke en mooie plekken – zoals de statige en lommerrijke Maliebaan – waar in het verleden allerlei vreselijke gebeurtenissen zich hebben voltrokken. Voor een van zijn beroemde drieluiken gebruikte hij in 1970 een foto van de boomtoppen bij Kamp Amersfoort, als symbool voor een landschap dat is blijven bestaan lang nadat een einde was gekomen aan de gruweldaden die de nazi’s daar begingen.
In dit Blauwe Kamer e-zine een schuldig landschap van een andere orde, namelijk het voormalige huis van Marc Dutroux. In de jaren 90 hield hij hier zes meisjes vast om hen te mishandelen, te verkrachten en vier van hen te vermoorden. Die beladen plek in een doodnormale arbeiderswijk van Charleroi is voor altijd besmet. Je kan het huis weghalen (wat ook is gebeurd), maar het verdriet, het trauma en de boosheid verdwijnen niet.
In dat geval kan architectuur enige uitkomst bieden, bijvoorbeeld in de vorm van een serene herdenkingstuin. De architecten van Reservoir A en de landschapsarchitecten van Carbonifère pasten lichte tinten toe en kozen voor een kleurrijke beplanting. De tuin ligt verheven boven de straat, volgens de bedenkers ‘tussen aarde en lucht’, om zo een ieder die hiernaar op zoek is troost te bieden.
Er is gehoor gegeven aan de nadrukkelijke wens van de nabestaanden om de kelder waar Dutroux zijn slachtoffers gevangen hield te handhaven. Die ligt nu metersdiep onder de met roze Japanse kornoelje beplante heuvel. Zodat dit schuldige landschap er weliswaar weer mooi bij ligt, maar de gruwelijke zonden die hier begaan zijn nooit worden uitgewist.
Mark Hendriks, hoofdredacteur
De anonieme en deels lege kantoorgebouwen op het Rijswijkse Kessler Park maken de komende jaren plaats voor een nieuwe stadswijk. Het is de bedoeling om hier wonen en werken te combineren. In het stedenbouwkundig plan van Studioninedots zijn zeven nieuwe gebouwen in schaakbordpatroon over het gebied verdeeld. Zo ontstaat een campusachtige structuur met uiteenlopende publieke ruimtes als een watertuin, een centraal plein en kleinschalige buitenruimtes. In de gebouwplinten komen voorzieningen, zoals ateliers, werkplekken en horeca. Collectieve functies zijn tegenover elkaar geplaatst, maar de woningen kijken uit op groen en water. De ontwerpers hergebruiken oude elementen. Zo wordt de draagconstructie van een gebouw waar ooit Shell en TNO zaten een 15 meter hoge pergola die een deel van de publieke verblijfsruimte overspant. In het al aanwezige netwerk van kelders worden technische installaties en fietsenstallingen ondergebracht.
Project ontwerp nieuwe stadswijk
Locatie Rijswijk
Ontwerper Studioninedots, BOOM Landscape
I.s.m Peutz, Valstar Simonis, IMd Raadgevende Ingenieurs, Kadans Science Partner
Opdrachtgevers Miss Clark
Programma 1.300 woningen, voorzieningen voor bewoners en bezoekers, 3.500 m2 commerciële ruimtes
Periode van ontwerp vanaf 2022
VAN DE NVTL
Ben jij tuin- of landschapsarchitect, ontwerper, ontwerpbureau, ingenieursbureau of overheid? Wil je dat jouw project in de schijnwerpers komt te staan? Stuur dan je project of studie in voor de NVTL Awards 2024. Het doel van de awards is om de tuin- en landschapsarchitectuur in de breedte te stimuleren, en Nederlandse ontwerpers erkenning te geven voor hun werk. Je kunt inzenden in vier categorieën, namelijk Uitgevoerd Landschapsontwerp, Uitgevoerd Tuinontwerp, Studie, en Talent.
VAN DE BNSP
Op 15 mei organiseert de BNSP het tweede debat over de stand van de stedenbouw. Dit keer gaat het over stedelijke uitleggebieden. Niet zozeer of ze nodig zijn, maar waar en hoe we ze moeten maken. Wat betekent het om met condities als water en bodem sturend te werken? Welke identiteit moeten deze gebieden krijgen en hoe leggen we dat vast? Wat nemen we mee uit de Vinex, en wat vooral niet? Aan bod komen een nieuw dorp bij Vianen, de Gnephoek bij Alphen aan den Rijn en het plan voor de Lange Weeren bij Volendam.
Voor ons juninummer stelt oud-watergezant Henk Ovink een speciaal dossier samen over waterbeschikbaarheid en hoe die wereldwijd onder druk staat. In een van de artikelen spreekt hij met klimaatonderzoeker Joyeeta Gupta over hoe water gerepresenteerd kan worden in politieke arena’s en aan vergadertafels. Dit raakt aan wat het kunstenaarscollectief Land Ally onderzocht tijdens de Dutch Design Week. Zij verkenden in Eindhoven de mogelijkheden om de ‘stem’ van het riviertje de Dommel te laten horen in stedelijke gebiedsontwikkelingen. De kunstenaars plaatsten glazen objecten in de waterloop. Aan een brug monteerden ze een installatie waarmee voorbijgangers konden luisteren naar de geluiden die ontstaan als het water langs de objecten stroomt. Het idee was om het publiek na te laten denken over water als entiteit, en over de praktische, zintuiglijke en spirituele connotaties die ermee verbonden zijn.
Project herdenkingstuin
Locatie Charleroi, België
Ontwerpers Reservoir A, Carbonifère
i.s.m. Christophe Terlinden (kunstwerk), GEI (constructie), Bouwmeester van Charleroi
Opdrachtgever gemeente Charleroi
Uitvoering Wust
I.s.m. Vandersanden (stenen), Krinkels (beplanting)
Oppervlakte 250 m2
Periode van ontwerp 2021
Periode van realisatie 2023
Fotografie Marie-Noelle Dailly
Op de plek waar tot 2022 het huis van Marc Dutroux stond en hij tussen 1995 en 1996 zes jonge vrouwen vasthield, mishandelde en vermoordde, ligt tegenwoordig een herdenkingstuin. Het ontwerp van de Belgische bureaus Reservoir A en Carbonifère wil recht doen aan het onuitsprekelijke leed dat op deze plek heeft plaatsgevonden, en tegelijkertijd de omliggende wijk troost en herstel bieden. De tuin ligt verhoogd en doet vanwege de plantkeuze en gebruikte materialen licht en zacht aan.
Een brede muur van geglazuurde witte bakstenen omringt de tuin. In het midden zit een nis, waar mensen een bloem of kaars kunnen plaatsen. De tuin zelf is een rijk beplante heuvel met drie opvallende bomen: een zakdoekenboom, een roze Japanse kornoelje en een krentenboompje. Kunstenaar Christophe Terlinden hertekende op een van de aangrenzende muren een afbeelding die jarenlang te zien was op de houten schotten die voor de gevel van het Dutrouxhuis stonden: een kind dat zorgeloos wegloopt, met erboven een vlieger.
‘Dit dagboek verscheen begin dit jaar in het Nederlands onder de titel Moderne natuur. Het beschrijft hoe Jarman tussen januari 1989 en september 1990 op een volstrekt onmogelijke plek een tuin begint, namelijk het kiezelstrand rond een oud vissershuisje in Kent dat hij in 1986 had gekocht. De omstandigheden zijn meer dan extreem: harde wind, zilte lucht, nat en stenig, met op de achtergrond ook nog eens de kerncentrale van Dungeness. Ik heb begrepen dat hij vroeger al geboeid was door de tuin van zijn ouders. Als jonge homoseksuele man zag hij het als een veilige niche, een plek om zichzelf te ontplooien. Vermoedelijk heeft het huisje die jeugdherinneringen teruggebracht, en bewoog dat hem om op deze verlaten plek een tuin te maken.
‘In het boek neemt Jarman je mee in zijn worsteling. Het steeds veranderende weer, het zoeken naar de juiste planten, zoals gaspeldoorn, vingerhoedskruid, rozemarijn en centranthus. Hoe hij als een wild gardener probeert om met compost onder de kiezels de bodemcondities te verbeteren, welke dieren op zijn tuin afkomen – de kraai die brutaal in het huis rondvliegt, een vos, de bijen. Door niet op te geven en mee te bewegen met hoe de tuin er iedere dag bijligt, weet hij in anderhalf jaar een aardige vegetatielaag te ontwikkelen. Sterker nog, deze indrukwekkende prestatie heeft de National Trust ertoe bewogen om Jarmans tuin op te nemen in hun collectie.
‘Als landschapsarchitect ben ik geboeid door de wijze waarop Jarman het fenomeen tuin benadert. Niet als een afgebakende ruimte, maar als een open ruimte zonder hek. Die manier van denken is niet direct toepasbaar in de gecultiveerde omgeving van de stad – daar vergt een goed tuinontwerp juist inbedding en afbakening. Maar de polariteit die Jarman opwekt spreekt mij aan. Door op een andere wijze naar het concept tuin te kijken, dwingt hij me om buiten de letterlijkheid van mijn vak te treden. Dat werkt inspirerend, en de poëtische en persoonlijke wijze waarop hij dit beschrijft is de kers op de taart.’
Nog geen abonnee, maar wel benieuwd naar de volgende editie?
Kijk hier voor onze abonnementen en aanbiedingen.
Mocht u als Blauwe Kamerabonnee het e-zine niet in uw e-mail ontvangen
dan beschikken wij mogelijk niet over uw juiste e-mailadres.
U kunt uw e-mailadres hier
doorgeven.